Tussen 1897 en 1937 reed er een stoomtram door de Kempen, van Eindhoven naar Reusel. Het tarief voor de gehele rit bedroeg 50 cent voor de eerste klas en 35 cent voor de tweede klasse. In ruim twee uur was je vanuit Eindhoven in Reusel. De maximaal toegestane snelheid was 20 km/u. Dankzij de komst van de tram bloeide de nijverheid op en konden mensen gemakkelijker grotere afstanden afleggen. Kinderen konden na de lagere school in de stad onderwijs volgen. Je kon de tram ook gebruiken om op processie te gaan, naar Meerveldhoven bijvoorbeeld of vanuit Veldhoven naar Werbeek. Dan zaten de mannen in de voorste wagon, de vrouwen in de achterste en de harmonie in het midden.
In Veldhoven-Dorp moest de tram twee moeilijke bochten nemen: bij de pastorie en vanuit de Dorpstraat de Locht op. In deze bocht zwenkte de tramlijn van de rechterzijde van de weg naar de linkerzijde. Om in deze bocht niet stil te vallen, moest de tram toch behoorlijk doorrijden. Dit had tot gevolg dat hij daar wel eens uit de rails liep. Met vereende krachten moest men dan het gevaarte weer op de rails sjorren.
In 1929 kwam er een vaste busdienst tussen Eindhoven en Reusel. De bussen reden vaker, goedkoper en sneller. In ruim een uurtje was je vanuit Eindhoven in Reusel. In 1935 stopte het personenvervoer per tram en in 1937 ook het goederenvervoer. De rails werden opgeruimd en de hobbelende, fluitende tram die zoveel voorspoed had gebracht werd opgeheven.