In de 19e eeuw is de babysterfte hoog, zeker in arme gezinnen op het platteland. In 1832 noteert de landmeter in Veldhoven: De laagste klassen bestaan uit huizen van een vertrek en een klein kamertje, die meestal door dagloners en arbeiders bewoond worden. Het betreft kleine lemen hutten, “welke den Behoeftigen tot schuilplaats verstrekken”
Bevallen
In die boerderijtjes op het platteland is geen aparte slaapkamer. Het bed wordt in de huiskamer ingebouwd in een kast van anderhalve meter breed met deurtjes. Het biedt ruimte aan twee personen. Languit liggen is niet mogelijk, dus slaapt men halfzittend. Onder de bedbodem is soms plaats voor een kind. De open haard en de lichaamswarmte zorgen in de winter voor verwarming. De verlichting bestaat uit een walmend olielampje of kaars. Later een petroleumlamp. Het is in deze situatie waarin bevallingen plaatsvinden en de vroedvrouw haar verloskundig werk moet verrichten. Elektriciteit wordt pas werkelijkheid rond 1920.
Babysterfte
Het is niet verwonderlijk dat de zuigelingensterfte afschuwelijk hoog is. In de periode 1860-1874 sterven er in Nederland in het eerste levensjaar gemiddeld 204, terwijl dit in 2019 3,3 bedraagt. Mede daarom is het gebruikelijk dat de boreling zo snel mogelijk gedoopt wordt en wordt opgenomen in de kerk omdat er voor ongedoopte kinderen geen plaats in de hemel is. Ook mogen zij niet in gewijde grond begraven worden. Ze krijgen een apart plaatsje op het kerkhof.
Verloskundige hulp
De bewoners van Groot Veldhoven hebben geen eigen dokter, heelmeester, vroedvrouw of apotheker. Daarvoor moeten zij naar Oirschot, Eersel, Eindhoven of naar Stratum. Pas in 1907 wordt Dr. F.H.M. Raymakers aangesteld als huisarts voor de gemeenten Veldhoven-Meerveldhoven, Zeelst en Oerle. Hij vestigt zich aan de Provincialeweg in Meerveldhoven. Mevrouw ter Bogt-Hahné, geboren in Groenlo en afgestudeerd aan de vroedvrouwenschool te Heerlen, vestigt zich op 1 augustus 1925 in Veldhoven. Op 10 augustus roept mevrouw Van de Wildenberg, wonende in de Rapportstraat, haar hulp in. Het is de eerste baby van 5000 in haar praktijk van 35 jaar. In 1945 start mevrouw Greet Smets als kraamzuster.
Armoede
Vroedvrouwen worden ook geconfronteerd met de extreme armoede. Arme zwangere vrouwen krijgen kosteloos hulp. Welke gezinnen of personen tot de armlastigen behoren, wordt bepaald door de bestuurders van de gemeente.
Kinderen die geboren worden in de vroedvrouwenschool in Den Bosch krijgen bij het verlaten van het ziekenhuis het volgende pakket: 12 luiers, 2 rode baaien luiers, 4 kassahesjes, 2 wollen borstrokjes, 2 onderdoekjes, 2 slaapmutsen, 2 ondermutsjes, 2 wollen dekentjes en 2 katoenen jasjes. Begroot op 15 gulden.
Babyshower
Een modern antwoord hierop is de babyshower, een bezoek met cadeautjes in de zevende maand aan de aanstaande moeder. Het is een overgewaaide traditie uit Amerika, waarschijnlijk ooit ontstaan om aanstaande ouders in moeilijke tijden te ondersteunen met praktische spullen en ze voor te bereiden op het ouderschap. Vandaar ook dat een babyshower traditioneel alleen bij de eerste zwangerschap georganiseerd wordt.